Cybercriminelen hebben lokale netwerken nodig om geld ongezien weg te kunnen sluizen van de bankrekeningen van slachtoffers naar de leden van de criminele groep. Vaak maken zij hiervoor gebruik van geldezels. Dit zijn mensen die hun bankrekening – al dan niet onbewust - uitlenen aan cybercriminelen. Het geld van slachtoffers wordt op de bankrekening van de geldezel gestort, waarna het cash wordt opgenomen en wordt doorgegeven aan de ronselaars die in contact staan met criminele netwerken.
Geldezels worden voor verschillende type delicten ingezet, zoals: aan- en verkoopfraude, phishing, ransomware en vriend-in-noodfraude. Hoeveel geldezels er in onze eenheid zijn is onduidelijk. Wel is bekend dat bij het delict ’aan- en verkoopfraude’ al 271 verdachte geldezels in beeld zijn waartegen 1169 keer aangifte is gedaan.
Er vanuit gaande dat de meldingsbereidheid rond de 25% ligt (slachtofferbeeld, 2020), lopen er waarschijnlijk rond de 1000 geldezels rond die ingezet zijn voor aan- en verkoopfraude en hebben zij gezamenlijk zo’n 5000 andere burgers opgelicht. Dit is slechts voor één type cyberdelict. Het sterke vermoeden is dat deze aantallen dus vele malen hoger zijn.
In dit project wordt inzichtelijk gemaakt hoe groot de geldezel-problematiek in onze eenheid is en wat de Noord-Hollandse geldezels kenmerkt. Op basis van deze kennis maken we een interventiekaart waarop inzichtelijk wordt gemaakt hoe partners repressief en preventief kunnen interveniëren. Denk hierbij aan risico-communicatie, coaching, voorlichting en inzet van acteur-ronselaars. Als deze kaart eenmaal bij deze partners is geïntroduceerd, kunnen de partners van Noord-Holland Samen Veilig bij het uitvoeren van de interventie geadviseerd en ondersteund worden.
Het aantal geldezels in de eenheid Noord-Holland groeit gestaag. Bij sommige gemeenten is zelfs sprake van een jaarlijkse verdubbeling van het aantal geldezels. Met dit project wordt beoogd deze groei in te dammen en het aantal geldezels in de eenheid te verminderen.